-
1 swerve
n. zwenking, wending--------v. zwenken, plotseling uitwijkenswerve1[ swə:v] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 zwenking ⇒ wending, zijbeweging————————swerve2♦voorbeelden:swerve from one's purpose • zijn doel uit het oog verliezenII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
2 cut out
automatische schakelaar (een electrische schakelaar die de electrisiteit uitstelt bij te zware belasting); stoppen; wegsnijdencut out1 uitvallen ⇒ defect raken, het begeven2 afslaan♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitsnijden/knippen/hakken ⇒ modelleren, vormen♦voorbeelden:3 cut it/that out! • hou (er/daarmee/over) op! -
3 embardée
embardée [ãbaardee]〈v.〉♦voorbeelden:fslingerbeweging [auto]
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский